Skip to the content

De R van Recessie of Robuust?

Bernard Thant - De R van Recessie of Robuust?

‘En, valt er al wat te zien?’ Analisten, economen en beleggers keken vol ongeduld uit naar sporen van recessie in de bedrijfsresultaten. Met lood in de schoenen weliswaar: de beurzen had er zonet zes barslechte maanden op zitten. Was het pessimisme terecht?

 

Algemene tendensen: so far so good

Op het moment van redactie hebben meer dan de helft van de bedrijven hun resultaten voor het tweede kwartaal of de eerste jaarhelft gepubliceerd. En globaal gezien vielen die best mee.

De omzet groeide bij de meeste bedrijven (heel) sterk aan. Die groei splitsen we op in twee of drie componenten: prijsstijging, volumegroei en (voor sommige bedrijven) verandering van de omzetmix.

Een belangrijk stuk van de omzetgroei was te danken aan hogere prijzen. Dat wijst erop dat bedrijven in het algemeen de forse kosteninflatie vrij goed konden doorrekenen naar hun klanten. Voorlopig komen de verkoopvolumes hierdoor niet al te zeer onder druk te staan. De verkoopmix evolueerde voor een aantal sectoren gunstig, ze slaagden er dus in duurdere producten te verkopen. Luxegroepen zijn hier traditioneel sterk in. Voor de autobouwers was het een welgekomen zegen, na zoveel tegenslagen.

En wat met de vooruitzichten? De directies lieten zich opvallend voorzichtig uit, al bevestigden veel bedrijven hun doelstellingen voor het volledige jaar 2022. Ze laten weten dat het met aanwervingen niet meer zo’n vaart loopt, maar anderzijds zitten de orderboeken bij de meeste bedrijven nog vol en kwamen nieuwe bestellingen vlot binnen. Ze merken wel heel duidelijk dat de consument op de rem begint te staan. Door de aanhoudende inflatie raakt het coronaspaarpotje stilaan op.

 

Bedrijven die positief verrasten

De autobouwers boerden goed in het tweede kwartaal, ondanks de forse tegenwind van chipstekorten, logistieke problemen en sterke kostenstijgingen (grondstoffen, lonen, …). Zij konden hun winstmarges aanzienlijk opkrikken dankzij de sterke vraag en het beperkte aanbod van nieuwe en tweedehandsauto’s. Klanten moesten het zonder (of beperkte) kortingen doen en autobouwers gaven voorrang aan hun duurste modellen.

Zo verkocht Mercedes-Benz in het tweede kwartaal 7% minder auto’s dan een jaar eerder, maar boekte het in zijn autodivisie 8% meer omzet, dankzij hogere prijzen en de verkoop van vooral duurdere modellen. De bedrijfswinst steeg met 20%, de marge bedroeg 14,2%. De directie stelde haar verwachtingen voor het volledige jaar bij. Ze gaat nu uit van een aanzienlijk hogere omzet (voordien: licht hoger) dan vorig jaar, een bedrijfswinst die iets boven (op hetzelfde niveau) het niveau van vorig jaar uitkomt (voordien: hetzelfde) en een vrije kasstroom op hetzelfde niveau als vorig jaar (voordien: licht onder)

Bouwmaterialengroep Saint-Gobain zette eveneens straffe halfjaarresultaten neer. De organische omzetgroei bedroeg 15%. De groei was volledig terug te brengen op prijsverhogingen, want het verkoopvolume bleef jaar-op-jaar stabiel. Dat was lang niet slecht, want Saint-Gobain had een bijzonder sterke eerste jaarhelft in 2021 (8% volumegroei). De groep kon haar gestegen kosten meer dan compenseren met hogere verkoopsprijzen. De operationele winst klom met 17,5% (13% bij constante valuta), waardoor de winstmarge uitkwam op het recordniveau van 11%. De directie bevestigde de doelstelling van een hogere operationele winst bij constante valuta voor 2022 tegenover 2021.

 

Bedrijven die negatief verrasten

Sportartikelenfabrikant Adidas ontgoochelde opnieuw. De resultaten over het tweede kwartaal (omzetgroei 4%, operationele winstmarge 7%) overtroffen de analistenverwachtingen, maar de vooruitzichten vielen tegen. De nieuwe winstwaarschuwing kwam niet onverwacht, maar was forser dan verhoopt. Adidas gaat voor 2022 nu uit van een omzetgroei van 5 tot 9% (voordien 11-13%) en een operationele winstmarge van 7% (voordien 9,4%). De bedrijfswinst van Adidas zou in 2022 zo’n 30% lager uitkomen dan wat de directie voordien had berekend. Tegenover de verwachting van begin dit jaar bedraagt de daling zelfs 40%. De lagere winstverwachting is te wijten aan de zwakke vraag uit China als gevolg van de recente lockdowns daar. Daarnaast rekent de directie op een mogelijk zwakkere vraag in de rest van de wereld door de economische groeivertraging.

Walmart: is de grootste retailer in de Verenigde Staten. De groep verkoopt vooral non-food. Het was de tweede keer dit jaar dat het bedrijf de wereld een winstwaarschuwing instuurde. Voor het volledige boekjaar 2023 gaat de directie voortaan uit van een operationele winstmarge van 3,8-3,9%. Door de hoge inflatie rekent de groep voortaan op een vergelijkbare omzetgroei van 5,5%, vergeleken met de geschatte omzetgroei van 3% bij de start van het boekjaar. De winst per aandeel zou dalen met 10 à 12%, vergeleken met een geschatte winstgroei van 5% bij de start van het boekjaar. Walmart wijt de lagere winstverwachting aan de hoge inflatie voor voeding (meer dan 10%) en brandstof, waardoor consumenten minder uitgeven aan andere producten. Kortingen, vooral op kledij, moeten de onverkochte voorraden wegwerken.

 

Conclusie: hout vasthouden?  

Al bij al slaken de beleggers een zucht van opluchting. Door de band genomen publiceerden de bedrijven solide resultaten, en bevestigden ze hun vooruitzichten, zij het met enige voorzichtigheid. De beurzen vonden een nieuwe adem, en herstelden opmerkelijk fors. Hoe duurzaam dat herstel is, moet evenwel nog blijken.

Want wat brengt de toekomst? De weerbaarheid van de bedrijven zal zwaar op de proef gesteld worden. De kosteninflatie blijft aanhouden. Voor consumenten maakt de gestegen rente de financiering van grote uitgaven als huizen en auto’s duurder. De prijsverhogingen van pakweg het voorbije jaar werden doorgevoerd in een gunstig economisch klimaat (lage werkloosheid, hoge economische groei, mooie spaarbuffer na de coronacrisis bij consumenten). Het wordt een uitdaging om dat prijspeil te behouden, laat staan verder te verhogen – om nieuwe kostenstijgingen te compenseren – in een moeilijker economisch klimaat. Het is zaak om als belegger bedrijven uit te kiezen met prijszettingsmacht.

 

 

Bernard Thant

Bernard Thant

Bernard Thant studeerde af als Licentiaat Handelswetenschappen aan EHSAL (nu Hogeschool-Universiteit Brussel). Daarna volgde hij nog een bijkomend jaar Financieel Beleid en Beleggingsleer aan dezelfde instelling. Na zijn studies ging hij aan de slag bij Société Générale Private Banking België (voorheen Bank De Maertelaere). Daar werkte hij het grootste deel van zijn carrière als financieel analist. Hij was ook enkele jaren actief als beheerder van aandelenportefeuilles bij dezelfde instelling. Bernard trad in dienst bij Econopolis Wealth Management in september 2014 als equity analyst.